De Duitse Herder

De Duitse Herdershond is van origine een herdershond voor het hoeden en beschermen van schapen.
Hij dankt zijn ontstaan aan Ritmeester Von Stephanitz, die bij de ontwikkeling van dit ras uitging van:
‘Geschiktheid voor het werk is het enige criterium voor schoonheid’.
Het is een middelgrote, licht gestrekte hond met een krachtig lijf en goede bespiering. De Duitse Herdershond is een leergierige, trouwe en aanhankelijke hond. Hij maakt graag deel uit van het gezin waarin hij woont en is erg contactgericht.
Het is belangrijk hem goed te socialiseren, om te voorkomen dat hij angstig en nerveus wordt. Hij waakt over de eigendommen van zijn baas en zal zijn mensen beschermen als hij denkt dat iemand hen te dichtbij komt.
Zijn grote veelzijdigheid heeft hem een grote bekendheid en populariteit gebracht.

  • Herkomst: Duitsland
  • Levensverwachting: 9 tot 12 jaar
  • Karakter: intelligent, nieuwsgierig, gehoorzaam, alert, loyaal, zelfverzekerd, waakzaam en dapper
  • Gewicht: reu: 30–40 kg, teef: 22–32 kg
  •  Hoogte: reu: 60–65 cm, teef: 55–60 cm

Herkomst

De Duitse Herdershond vindt zijn oorsprong bij onze oosterburen. Een jonge adjudant, Max von Stephanitz, raakte tijdens zijn wacht bij een militaire oefening in het Rijngebied geboeid door een herder die daar met zijn hond aan het werk was. De sobere hond hield de kudde schapen bijeen door te letten op kleine aanwijzingen die hij van zijn baas kreeg en door zelf alert te reageren.

Von Stephanitz was diep onder de indruk van deze werkende hond. Toen de inmiddels tot Rittmeister gepromoveerde Von Stephanitz het leger verliet, kocht hij in Beieren, in de buurt van Grafrath een landgoed. Hier, op de ‘Haholz-Wieshof’ begon hij met de fokkerij van een ras dat zou uitgroeien tot de Duitse Herdershond zoals wij die nu kennen.

Verschillende typen

Von Stephanitz selecteerde een aantal typen honden die eigenschappen bezaten die hij wenselijk achtte voor zijn ideale herdershond. Werklust, uithoudingsvermogen en het overwicht op de kudde waren eigenschappen die van belang waren. Esthetische overwegingen kwamen daaraan niet te pas. Het exterieur was slechts in zoverre belangrijk dat het de hond in staat moest stellen zijn taken naar behoren te verrichten. De typen die onder andere door hem gebruikt zijn, waren de kleine hond van Thüringen, de hond van Württemberg en de hond uit Frankfurt. De hond van Thüringen was een pittige herdershond die wendbaar en snel was, met een vrij korte beharing en dichte onderwol.

Hij was wolfsgrauw, had staande oren en een staart met een vrij hoge aanzet, die doorgaans scheef werd gedragen. De hond van Württemberg was wat groter. Hij was zwaarder van bouw en had een rustiger temperament. Hij was langharig. Zijn oren tipten of hingen langs zijn wangen. De hond uit Frankfurt toonde een grote gelijkenis met de hond uit Thüringen, al verschilden ze van kleur. Deze drie typen werden echter niet exclusief gebruikt om tot de Duitse Herdershond te komen. Ook andere honden die werden beschouwd als authentieke herdershonden werden ingezet voor de fokkerij. De voorouders van de Duitse Herder waren alle eenvoudige honden van boerenkomaf.

Opbouw

In 1899 bezocht Von Stephanitz een hondententoonstelling waar hij een wolfsgrauwe hond zag die zijn ideaalbeeld benaderde. Hij kocht deze reu, Hektor vom Linksrhein, voor 200 D-Mark. Von Stephanitz gaf hem een nieuwe naam: ‘Horand von Grafrath’. In hetzelfde jaar richtte Von Stephanitz en de kynoloog Arthur Meyer, samen met enkele andere liefhebbers van de inheemse herdershond, de ’Verein für Deutsche Schäferhunde’ (SV) op. Dit was overigens niet de eerste vereniging. In 1891 had een groep mensen al een vereniging opgericht: Phylax. Deze vereniging was echter drie jaar later alweer ten onder gegaan aan onderlinge onenigheid.

bron: Wikipedia

Hektor vom Linksrhein

Op de eerste vergadering van de SV werden de raspunten opgesteld. Behalve de stokharige variëteit, werden ook de ruwharige en langharige varianten erkend, alsmede de kleur wit. Dit werd in een later stadium weer herroepen, zodat vanaf 1933 de witte Duitse Herdershond, de ruwhaar en de langhaar buitengesloten werden. 

De witte zou in 2003 erkend worden als de White Swiss Shepherd Dog (Zwitserse Witte Herdershond). En ook de langhaar is inmiddels weer erkend.

Nederland

In 1912 werd in ons land de eerste Nederlandse Vereniging voor Duitse Herdershonden (D.H.C.) opgericht. Dit was twee jaar nadat er bij ons voor het eerst een Duitse Herdershond op een show was uitgebracht. Een van de oprichters van de D.H.C. was de heer H.A.P.C. de Groot. Hij was toentertijd in ons land de enige keurmeester van de Duitse Herdershond. Hij werd ook wel de ‘Hollandse Von Stephanitz’ genoemd.

In 1917 bleek de tijd rijp voor een nieuwe vereniging; de Vereniging van Fokkers en Liefhebbers van Duitse Herdershonden (V.D.H.). In hetzelfde jaar ging de oude vereniging ter ziele.

Veelzijdig

De Duitse Herdershond is een vriendelijke, intelligente hond die veelzijdig inzetbaar is. Hij wordt beschouwd als de meest veelzijdige werkhond ter wereld. Als schapenhoeder, waarvoor hij oorspronkelijk is ontwikkeld, maar daarnaast ook als politie- en legerhond, als verdedigingshond, narcoticahond en douanehond. Ook voor reddingswerk is hij geschikt als speur- of lawinehond. Verder wordt hij ook ingezet als hulphond.

De veelzijdigheid van de Duitse Herdershond komt ook tot uitdrukking in de hondensporten die u met hem kunt beoefenen. Men komt dit ras tegen bij agility en flyball, bij de G&G, VZH (verkeerszekere hond), IGP en KNPV trainingen, en UV (uithoudingsvermogen). De Duitse Herdershond is een hond die snel leert en graag werkt voor zijn baas. Om zich evenwichtig te ontplooien heeft hij het nodig om fysiek en mentaal beziggehouden te worden.

Sociaal

De Duitse Herder is een contactgerichte hond die heel graag veel tijd doorbrengt met zijn baas en diens huisgenoten. Hoewel hij zich aan alle gezinsgenoten hecht, is er doorgaans maar één die er voor hem met hoofd en schouders bovenuit steekt en voor hem echt de baas is. Die zal hij het liefst de hele dag volgen. Hij is echter geen eenmanshond, want hij sluit alle huisgenoten in zijn hart en zal ze willen beschermen.

De Duitse Herdershond vindt het niet prettig om alleen te zijn. Hij kwijnt weg als hij veel in afzondering moet doorbrengen. Hij moet echt opgenomen kunnen worden in het gezin van zijn baas om zich volledig te kunnen ontwikkelen.

Opvoeding

De Duitse Herdershond is een vrij harde hond waar het fysiek ongemak betreft. Hij kan erg hard zijn voor zichzelf en door pijn heen lopen. Tegelijkertijd is hij een gevoelige hond op het mentale vlak. Hij is erg gevoelig voor de stemming in huis. Als er veel onenigheid is in het gezin waarin hij woont, kan dit hem erg onzeker maken.
Hij wil het altijd erg graag goed doen en vindt het heel erg als zijn baas op hem moppert. In die zin is hij dus zeer gevoelig. Het is goed om bij de opvoeding rekening te houden met deze eigenschap!

Hij werkt graag voor u en zal alles doen voor een beloning van zijn baas. Een opvoeding die gebaseerd is op bekrachtiging van gewenst gedrag zal veel effectiever zijn dan die waarbij de baas corrigerend en straffend optreedt. Dit betekent overigens niet dat de Duitse Herdershond goed gedijt bij een democratische opvoeding. Het moet voor hem heel duidelijk zijn dat u degene bent die bepaalt wat de regels zijn. En die regels moeten consequent geldend zijn. Hoe duidelijker het voor de hond is waaraan hij zich te houden heeft, hoe gemakkelijker de opvoeding zal gaan.

Duitse Herder anatomie